donderdag 31 augustus 2023

23 augustus 2023: Dag 4 naar Zutphen

Na zorgvuldige bestudering van allerlei factoren zoals de route (oeps, klimmen en dalen in het Nationaal Park Veluwezoom), de conditie (pff), de beschikbaarheid van hotels (houdt niet over), de prijzen van die hotels (pardon?) valt de keuze op een overnachting in een Fletcher-hotel in Zutphen. We boeken er een kamer en gaan dan ontbijten. Prima ontbijt. De twee grote tv's die er in de ontbijtruimte hangen doen het wel, dit in tegenstelling tot de tv op onze kamer (wat voor een nieuws hebben we allemaal gemist?). We pakken daarna de boel in en gaan op pad.

We zijn niet de enigen die hun fiets in de garage van het hotel hebben gestald.

In Arnhem vinden we de LF4-route gemakkelijk terug. Wat echter minder gemakkelijk gaat, is het fietsen in Arnhem. Jeetje, het zijn toch wel veel heuvels hier. Omdat ik graag mag citeren even een citaat van Nelson Mandela: "Na het beklimmen van een grote heuvel ontdek je dat er nog meer heuvels te beklimmen zijn." Nelson Mandela heeft blijkbaar ook een keertje in Arnhem gefietst. 

We komen ook door een wijk met wat oude schoolgebouwen.

Een school uit 1897

En de bijbehorende kinderopvang in een gebouw uit 1887. U ziet, eind negentiende eeuw waren dat soort zaken al prima geregeld.

Vlak voordat we Arnhem uit zijn, belt de oudste dochter die belangstellend informeert hoe het met onze fietstocht gaat - eigenlijk belt ze om te vragen of ze zaterdag de auto mag lenen. Na een half uur fietsen zijn we eindelijk de stad uit en kunnen we de Arnhemse heuvels achter ons laten. Niet dat we hier veel aan hebben, want nu beginnen de heuvels van het Nationaal Park Veluwezoom. 

In Rozendaal komen we langs Kasteel Rosendael. Uiteraard is het kasteel dicht. 


Waar ik pas later thuis achter kom, is dat in de tuinen achter dit kasteel zich de Bedriegertjes bevinden. Ach, de Bedriegertjes, dat is jeugdherinnering. Ik ben, toen wij nog in Apeldoorn woonden, hier ooit eens met mijn ouders geweest toen ik een jaar of zes of zeven oud was. Ik vond het prachtig. De Bedriegertjes is de naam van een fonteinvloer van een schelpengalerij. De fonteintjes worden de 'Bedriegertjes' genoemd omdat zij onopvallend in de mozaïekvloer zijn verwerkt en op willekeurige momenten beginnen te spuiten. 

De Bedriegertjes zijn al in 1732 aangelegd. Ze werden toen handmatig bediend. Zie hier een aantal volwassenen in 1910 van de Bedriegertjes genieten.

Wat wel open is, is de 'De Oranje-rie zoals ze hier de orangerie noemen. We vinden het echter nog wat te vroeg om nu al te pauzeren en fietsen door.

De Oranje-rie. Het lijkt er op dat hij een beetje scheef is gezakt maar dat kan ook aan de foto liggen.

We vervolgen onze weg door het Nationaal Park Veluwezoom. Het is er klimmen en dalen. Het is ook het gebied waar zich de Posbank - ik heb altijd de neiging om de Postbank te zeggen - bevindt. Uit de Wikipedia-pagina over de Posbank: "In de wielerwedstrijd Veenendaal-Veenendaal Classic is de Posbank vaak een belangrijke beklimming." Het is maar goed dat we niet aan deze wielerwedstrijd meedoen, want het is natuurlijk geen gezicht als twee deelnemers aan de wedstrijd af en toe bij een beklimming afstappen en gaan lopen. Het is een mooi natuurgebied vol bos en hei.





We hadden gepland om bij Paviljoen de Posbank te pauzeren om daar een kopje koffie te drinken, maar we schieten daar per ongeluk met een snelheid van een kilometertje of dertig aan voorbij. Dat was overigens heuvelafwaarts, niet heuvelopwaarts. Even verderop ziet Marianne zelfs een snelheid van 38 km op de teller staan. We zouden misschien toch wel aan die wielerwedstrijd mee kunnen doen.



Na een stuk met wat meer bos en wat minder hei komen we bij de Carolina-Hoeve, waar we even pauzeren. 


Ook hier zegt de serveerster, als ze onze bestelling samenvat "helemaal goed" aan het eind. Sinds Marianne mij op dit fenomeen wees, ben ik er op gaan letten en inderdaad, haast iedereen van de bediening doet dit. "Twee cappuccino's, helemaal goed". Let u er maar eens op.

De Carolina-Hoeve blijkt niet alleen een achterkant te hebben waar wij zitten, maar ook een voorkant; voor de mensen die van de andere kant komen aanfietsen.


Volgens een bordje dat er aan de muur hangt, was de Carolina-Hoeve één van de favoriete plekken van cabaretier Wim Kan.


Ze hebben er wel last van een kabouterplaag

Na nog een kilometer of vier fietsen, vooral heuvelafwaarts; mijn specialiteit, verlaten we het Nationale Park. Als we in de buurt van Laag Soeren zijn, is het tijd voor de lunch. We fietsen het dorp in, maar we zien er geen enkele gelegenheid waar we wat kunnen eten. Als we aan het einde van het dorp zijn en nog niks hebben gevonden, kijken we op Google Maps waar de eetgelegenheden zitten. Dat hadden we wellicht beter andersom kunnen doen, eerst kijken en dan fietsen. De kant op van Dieren zit wel wat. We keren om en even later zitten we bij een boerderij met een terras van onze welverdiende lunch te genieten.

Hier is iemand heel vlijtig bezig geweest. Adverteren doet verkopen!


 
Ergens ter wereld moet er een fabriek zijn die dit soort grote ijsjes maakt.

We gaan na de lunch weer op pad. Via Leuvenheim en Brummen fietsen we naar het pontje bij Bronkhorst.
 
Voor het geval u zich afvraagt: "Ik zie ze allebei fietsen, wie heeft die foto gemaakt?" Dit zijn wij niet.

Dit mannetje wat even op een bankje moet uitrusten ben ik echter wel.

De volgende plaats die we tegenkomen is Brummen. Ook daar verkopen ze ijsjes. De ijsverkoper daar heeft een andere smaak gekocht dan de uitbater van de boerderij waar wij hebben geluncht.


Vlak voor het pontje naar Bronkhorst - de plaats schrijf je met alleen een 'k' maar de 'gemeente Bronckhorst' met 'ck', heel verwarrend - ziet Marianne een raar mannetje op een dijk fietsen.

Als u dit mannetje ziet, benader hem dan niet zelf, maar waarschuw de bevoegde autoriteiten.

Het mannetje kan wel heel hard fietsen! Je knippert één keer met de ogen en hij is al weer een heel stuk verder.

Bij het pontje over de IJssel naar Bronkhorst - ook auto's kunnen mee - is het druk, maar we kunnen nog wel mee, al is het even passen en meten op het pontje. Het pontje de andere kant op is daarentegen een stuk rustiger. Drs. P. zou zeggen: "De andere oever is daarginds, en deze hier is hier / De oever waar we niet zijn, noemen wij de overkant / Die wordt dan deze kant, zodra we daar zijn aangeland / En dit heet dan de overkant, onthoudt u dat dus goed / Want dat is van belang voor als u oversteken moet."


Bronkhorst is de kleinste stad van Nederland. We zijn er wel eens vaker geweest. Het telt slechts 60 huizen en zo'n 100 inwoners - ik heb ze overigens niet allemaal zelf geteld. De gemeente Bronckhorst (met 'ck' dus) is een stuk groter. Het omvat 17 dorpen, waaronder Zelhem en Vorden en telt zo'n 36.000 inwoners. In 1633 is het hele dorp - herstel, de hele stad - Bronkhorst door brand verwoest. Een ouder pand dan dit pand uit 1633 hieronder zult u dus in Bronkhorst niet aantreffen.


Ze leven er van het toerisme. Ook wij dragen op een terrasje bij aan de plaatselijk economie. "Een spa rood en een appelsap, helemaal goed".



Dan vervolgen we onze weg naar Zutphen. Daar aangekomen is het even zoeken naar ons Fletcher-hotel. Ze zitten op een soort industrieterrein. We checken in. Als we de deur van onze kamer openen, ruiken we een sterke chloorlucht. Dat kan twee dingen betekenen. Of ze zijn wat scheutig geweest bij het schoonmaken of er is hier recent een moord gebeurd en de dader heeft geprobeerd om met bleek de sporen daarvan uit te wissen. Gisteren die verdachte auto onder het viaduct en nu dit, wat gebeurt hier allemaal in deze omgeving?  


We zetten het raam open en een ventilator aan en gaan vervolgens onze fietsen stallen in een hok achter het hotel. Als we terugkomen, ruikt het echter nog even sterk op onze kamer. Dit gaat het hem niet worden. We lopen naar de receptie en klagen over de lucht. "Oh dat is niet goed" zegt ze  - het is maar goed dat ze geen serveerster is anders zou ze zeggen "Helemaal goed" - "U krijgt een andere kamer, zegt ze vervolgens. Ze kijkt in haar computer en zegt dan "Oh, we zitten helemaal vol". Ze loopt even naar achteren en overlegt met iemand anders. Als ze terugkomt, heeft ze toch een andere kamer voor ons. Ik vermoed dat er een kamer wordt geruild met andere gasten die nog niet zijn gearriveerd. Hopelijk voor die mensen hebben ze tegen de tijd dat die arriveren de chloorlucht uit de kamer gekregen, maar dat is niet ons probleem. Als we de deur van onze nieuwe kamer openen, is het even afwachten of deze kamer ook naar chloor ruikt, maar dat is niet het geval.

's Avonds eten we in het restaurant van het hotel. Als dessert neem ik een Dame Blanche. De ijsbolletjes liggen op een schaaltje en de chocola is er al in streepjes over heen geschonken. Laat ik het zo zeggen, de kok is hierbij niet uitgeschoten.

Tot slot, het plaatje van de door ons vandaag afgelegde route.


In totaal hebben we 57 km gefietst. Dat hadden er minder kunnen zijn als we niet tevergeefs naar Laag Soeren (die rare streep richting Eerbeek op bovenstaand kaartje) hadden gefietst.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten